Natuur

’t Gruuntie: van Hattem naar Hoogeveen

De lente is weer begonnen en de zon is al een tijdje haar best aan het doen. De slangen en egels zijn al weer uit hun winterslaap en ook de zomervogeltjes zijn weer druk aan het fluiten en aan het bouwen. De eerste bomen en planten staan al in bloei en de eerste voorjaarsbloeiers zijn zelfs al weer uitgebloeid. Tijd dus voor een gloednieuw column met een groen randje. Ik zal mij eerst even voorstellen en vertellen wat de bedoeling is, wel zo fijn om en gezicht bij het verhaal te hebben, toch?

Voorstelrondje

Nou goed, mijn naam is Judith Duinkerken. Die naam heeft u wellicht wel vaker voorbij zien komen met artikelen over egels. Ik ben de eigenaar van The Hedgehog Program, een ZZP-bedrijf dat zich richt op onderzoek en educatie gespecialiseerd in egels en tenreks. Voor mijn eigen bedrijf werkt ik bijna wereldwijd in samenwerking met houders, opvangcentra en fokkers om laagdrempelig en non-invasief onderzoek te verrichten. Er zijn namelijk 18 soorten stekelegels, 10 soorten haaregels en maar liefst 33 soorten tenreks voor op de wereld, verdeeld over de continenten van Europa, Azië en Afrika. Maar daarnaast ben ik óók vrijwillig bestuurder bij Regionieuws Hoogeveen sinds de doorstart in april 2018. En dat is iets wat ik niet zo vaak benoem, omdat ik vooral veel op de achtergrond werk als penningmeester en commissaris ICT.

Ik ben geboren in Zwolle en voor het grootste deel van mijn jeugd opgegroeid langs het Noordelijkste puntje van de Veluwe, in Hattem. Al van jongs af aan ben ik bezig met inheemse dieren en planten, maar ook met uitheemse dieren. En van jongs af aan ben ik óók opgegroeid in de studioruimte van RTV Hattem, waar mijn vader werkte en ik al vanaf 8 jaar achter de microfoon en later ook achter het mengpaneel zat. Het vrijwilligerswerk wat ik nu doe is dus eigenlijk een verlenging van wat ik altijd heb gedaan. Misschien is dat ook wel de reden dat ik zó graag deze website ontwikkelde vijf jaar geleden. Jong geleerd is oud gedaan, zoals het gezegde luidt. Dat het zo’n succes zou worden als dat Regionieuws Hoogeveen nu is had ik niet verwacht, maar ik ben ontzettend dankbaar dat ik met zoveel geweldige mensen mag werken. Ja, dat is een hele dikke veer.. maar dat hebben mijn collega’s zeker wel verdient!

Ah fin, als tiener en jongvolwassene ben ik altijd blijven doorleren en blijven focussen op de natuur. Leren hoe ecosystemen werken, planten leren identificeren, microbiologische analyses leren maken en ook het leren over genetica met de methodes van Mendel en Punnett. Helaas heb ik nooit een bijhorende studie afgerond, dus alles is zelf aangeleerd, maar misschien is dat ook wel de charme. Je bent eigenlijk nooit uitgeleerd.

’t Gruuntie

Als Hattemer woon ik sinds 2011 in Hoogeveen en ik kan je vertellen: dat is best een flinke omslag. Over de jaren heen ben ik mij meer gaan verdiepen in het groen in deze omgeving en heb ik vooral geleerd dat natuur meer is dan alleen de mooie instagramwaardige plaatjes van grootse natuurgebieden. Als iemand die niet echt agrarisch is opgegroeid ondanks dat ik wel een groene VMBO-opleiding heb gedaan en heb doorgeleerd in de dierverzorging, is het niet een standaard gegeven om te zien hoeveel natuur er zich begeeft in het Drentse platteland. Maar ook in de stedelijke omgevingen en industriële omgevingen wordt de laatste jaren verandering gezien: zo worden bijvoorbeeld steeds meer scholeksters gezien op platte daken van bedrijven. De natuur past zich aan en dat is best veelbelovend in een maatschappij waar steeds meer gebouwd wordt. Helaas brengt dat ook risico’s met zich mee, maar ik ben een optimist. Het feit dat men zich daar meer op richt, geeft ook de kans om de inheemse natuur te steunen en mensen daar meer over te leren.

En dat is nou precies waarom ik deze column wil schrijven. Want de Hoogeveense natuur verdient écht meer aandacht. Er is in de afgelopen jaren al heel veel gebeurd, zoals bijvoorbeeld de insectenhotels en insectvriendelijke tuintjes in de stadsparken. Maar ook als stedeling in Hoogeveen kun je best veel doen, met maar héél weinig ruimte. In deze column wil ik daarom wat aandacht schenken aan inheemse dieren en planten die voorkomen in en om Hoogeveen. Niet alleen om meer aandacht te brengen naar de soorten met wat basisinformatie over waar de soorten voorkomen, maar in het geval van planten ook zeker waarom het nuttig kan zijn om die inheemse planten zelf te kweken in de eigen tuin. Want wij hoeven niet alleen voor de natuur te zorgen, de natuur zorgt ook voor ons!

Natuurlijk is het daarbij wel belangrijk welke planten giftig zijn en welke niet. En belangrijk om te weten is dat je in Nederland niet zomaar wilde planten mag plukken. Gelukkig hoeft dat ook niet: heel veel soorten die wij beschouwen als onkruid en in bijna elke tuin voorkomen zijn erg makkelijk te verwelkomen in de tuin en veel soorten zijn ook gewoon te koop bij tuincentra.

Wilde kievitsbloem

Rijk: Plantae (Planten)
Stam: Embryophyta (Landplanten)
Klasse: Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade: Bedektzadigen
Clade: Eenzaadlobbigen
Orde: Liliales
Familie: Liliaceae (Leliefamilie)
Geslacht: Fritillaria
Soort: Fritillaria meleagris

Inleiding

Deze columnreeks begin ik bij de Kievitsbloem. Dit is een zeldzame bloem uit de leliefamilie die vooral voorkomt langs de Overijssels Vecht, de weteringen in Zwolle, het Zwarte Water en op enkele plekken langs de IJssel. Het wordt daarom ook wel de Zwolse tulp genoemd. Als kind zag ik ze vaak groeien langs de Uiterwaarden bij Zwolle en Hattem, maar ook bij de Wiessenbergsche Kolk. De bloem komt echter óók voor in Hoogeveen, vooral in het Zuiderpark staan enkele grotere groepen planten. De soort is tegenwoordig erg zeldzaam en is wettelijk beschermd. Dat betekend dat ze niet meer geplukt mogen worden.

Uiterlijk

De Wilde kievitsbloem groeit in april (van maart tot mei) en heeft witte of rood-paarse bloemen met soms een wat blauwige gloed. De bloemen zijn heel goed herkenbaar door het vierkante patroon dat doet lijken op een dambord. Bij witte bloemen kan dit patroon ontbreken. De bloem hangt als een klok aan de dunne stengel naar beneden.

Verspreiding en bestuiving

Een gebied met relatief weinig gras dat liefst jaarlijks overstroomt is ideaal voor de Wilde kievitsbloem die er zo’n 8 jaar over doet om tot bloei te komen. Die overstroming zorgt er voor dat grassen stoppen met groeien, waardoor de knolbloem meer kans heeft om te groeien. Ook hebben Wilde kievitsbloemen best grote zaden, die drijvend over het water zich verplaatsen. Het is een heel gevoelige plant, die dus veel belang heeft bij een goede bestuiving. En dat gebeurd hoofdzakelijk door hommelkoninginnen die in maart en april ontwaken uit hun winterslaap. Deze hommelkoninginnen zijn op zoek naar een grote voorraad nectar om een nieuwe kolonie te stichten en Wilde kievitsbloemen hebben dat volop in de aanbieding. Een ideale samenwerking tussen plant en dier.

In de tuin

De Wilde kievitsbloem is giftig en dus niet te gebruiken als tuinplant voor consumptie. Vooral de bol van de plant is erg giftig, maar ook andere delen van de plant zijn giftig. Toch is het wel een aanwinst in de tuin, vooral wanneer je bijen en hommels wilt ondersteunen in het voorjaar. Die bijen en hommels helpen namelijk de rest van het jaar bij het bestuiven van andere planten. Dat is natuurlijk vooral gewenst wanneer je een moestuin hebt of wilt maken. Je moet er wel wat geduld voor hebben: het plant doet er tot 8 jaar over om één bloem te produceren. Het eerste jaar na het in de grond zetten van de knollen, ontkiemt de knol. De drie tot vier jaar daarna vormt er een zwaardvormig blad. Vervolgens groeien er meerdere bladeren in de jaren daarna. Het kan drie tot acht jaar duren voor er één bloem te zien is. Maar deze produceren dan wel een overdaad aan nectar waar vooral hommels heel blij mee zijn. Per bloem bloeit de Wilde kievitsbloem maar vijf dagen.

Natuurlijk zijn er tot die tijd ook andere dieren die profiteren van de plant: slakken vinden vaak een schuilplaats in en onder de bladeren, maar ook talloze kleinere insecten zoeken hun schuilplaats in en onder de plant. Daar profiteren ook egels van: die zijn namelijk dól op slakken en insecten die jij niet zo graag in je tuin ziet.

Vragen of opmerkingen?

Natuurlijk zou een column als deze niet compleet zijn met de mogelijkheid om er op te reageren. Heb je vragen over een onderwerp of wil je graag een plant of dier aandragen om te behandelen? Dan kun je mij bereiken via dit mailadres:

tgruuntie@regionieuwshoogeveen.nl

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Aankomende evenementen