Een houtkachel of haard is heerlijk in de winter, maar als je het niet slim aanpakt, verspil je warmte én stoot je onnodig veel fijnstof uit. Gelukkig kun je met een paar simpele aanpassingen al een groot verschil maken. Hieronder lees je hoe je met minder hout meer warmte krijgt en het milieu minder belast. Zo is het slim om een kachelventilator te gebruiken om de warmte beter en sneller te verdelen.
Het lijkt vanzelfsprekend, maar er wordt nog vaak met nat of halfdroog hout gestookt. Zonde, want dat geeft veel minder warmte en veel meer rook. Vers hout bevat soms wel 60% vocht, terwijl goed gedroogd hout onder de 15% zit. En dat scheelt niet een beetje – met droog hout stook je tot wel drie keer efficiënter. Bovendien komt er veel minder fijnstof vrij, en dat is beter voor je kachel, je schoorsteen en de luchtkwaliteit. Let vooral op de houtsoort. Essen, linde en berk zijn sneller droog (ongeveer 1,5 jaar) dan zwaardere houtsoorten zoals eik en beuk (2,5 jaar of meer). Ovendroog hout is het meest praktisch, dat kun je meteen gebruiken.
Ook als je hout goed droog is, blijft het belangrijk hoe je het opslaat. Zet het bijvoorbeeld op een pallet, zodat het niet direct op de grond ligt. Kies een open, goed geventileerde plek, zoals een houten hok, en klief het hout in kleinere stukken. Die drogen sneller en branden beter. Een beetje voorbereiding voorkomt later veel gedoe en onnodig veel rook.
Je houtkachel werkt het best als je weet hoe je de luchtregeling gebruikt. Als je het vuur aanmaakt, zet je alle luchtkleppen open zodat het genoeg zuurstof krijgt. Na zo’n twintig minuten kun je de onderste luchttoevoer (de primaire lucht) afsluiten. De kachel gaat dan over op een efficiëntere verbranding. Zorg dat er nog genoeg luchtcirculatie blijft, anders krijg je een traag, rokerig vuurtje. Dat is niet alleen ongezellig, maar ook slecht voor je schoorsteen. Let ook op dat je hittebestendige kit gebruikt op het moment dat je kiest voor bijvoorbeeld PVC wandpanelen achter je kachel om alles af te werken.
Veel mensen stoppen de kachel tot de rand toe vol, maar dat werkt juist averechts. Vul ‘m tot ongeveer tweederde, zodat er nog voldoende lucht bij kan. Kleinere stukken hout verbranden sneller en schoner, en je voorkomt dat het vuur gaat smeulen. Dat smeulen zorgt namelijk voor veel fijnstof en vergroot de kans op schoorsteenbrand. Liever regelmatig een klein blokje erbij dan ineens te veel.
Met deze tips stook je slimmer
Met deze aanpak kun je de uitstoot van fijnstof flink terugdringen, soms wel tot 85%. Dat is goed voor het milieu, voor je portemonnee én voor je kachel. Efficiënt stoken draait niet om harder stoken, maar om slimmer stoken. Dus, goed hout, goed gebruik van je kachel en niet overdrijven met vullen. Zo geniet je van de warmte zonder onnodige vervuiling.