Vakbonden en werkgevers hebben een overeenkomst bereikt over een nieuwe cao voor de Verpleeg- en Verzorgingshuizen en Thuiszorg (VVT) en Jeugdgezondheidszorg. In het onderhandelaarsakkoord zijn afspraken gemaakt over loonsverhoging, het belonen van flexibiliteit, het bevorderen van duurzame inzetbaarheid van medewerkers en een veilige werkomgeving. De vakbonden en werkgeversorganisaties leggen het onderhandelingsresultaat de komende periode voor aan hun achterbannen. Als die instemmen is er een nieuwe cao VVT.
Onderhandelingsresultaat
Vakbonden FNV Zorg & Welzijn, CNV, FBZ en NU’91 en werkgeversorganisaties ActiZ en Zorgthuisnl bereikten op 11 maart een onderhandelingsresultaat voor een nieuwe cao VVT. De nieuwe cao krijgt een looptijd van 20 maanden en moet met terugwerkende kracht lopen van 1 januari 2025 tot en met 31 augustus 2026.
Loonsverhoging en drie pijlers
De partijen hebben een structurele salarisverhoging afgesproken: 4% op 1 juli 2025 en 3,5% op 1 juli 2026. Omdat het werk de komende jaren sterk verandert, hebben de vakbonden en werkgevers naast loonsverhoging ingezet op drie pijlers om medewerkers te ondersteunen:
- Zo wordt flexibiliteit van medewerkers beloond, door een toeslag voor extra werkdagen boven de norm;
- Voor het behoud van een goede werk-privé balans, ook voor mensen die richting hun pensioenleeftijd gaan, zijn er afspraken gemaakt over duurzame inzetbaarheid en is er een generatieregeling;
- Omdat veilig zijn en je veilig voelen op het werk heel belangrijk is, is er ook ruime aandacht voor veiligheid op de werkvloer en het borgen van de privacy van medewerkers.
Trots op het onderhandelaarsakkoord
‘We werken in een mooie sector, maar weten ook dat het werk de komende jaren verandert. Met dit onderhandelaarsresultaat spelen we daarop in’, stelt Marion van Zoom, voorzitter van de ActiZ onderhandelingsdelegatie. ‘Ik ben ervan overtuigd dat we goede arbeidsvoorwaarden creëren, zodat werken in de VVT aantrekkelijk is en blijft. Ik leg het onderhandelaarsresultaat met vertrouwen voor aan de leden van ActiZ.’ bron: FNV