Het is de bedoeling om hier via een Europese aanbesteding een partij voor te selecteren en dit vanaf 2024 uit te voeren. Het gaat om een voorgenomen besluit, dat nu eerst wordt voorgelegd aan de OR. Daarna moet het besluit worden bekrachtigd door het Algemeen Bestuur en de colleges van de drie eigenaar gemeenten van de GR: Assen, Hoogeveen en Meppel. Ook kunnen de drie gemeenteraden hierop een zienswijze indienen.
Wethouder Jan Broekema van de gemeente Assen, voorzitter van het DB: “Ons doel is dat onze inwoners die het nodig hebben ook in de toekomst goede tweedelijns schuldhulpverlening kunnen blijven krijgen. En vanzelfsprekend hebben we in de keuze voor dit toekomstscenario ook alle aandacht voor de werkgelegenheid en perspectief voor de medewerkers. De optelsom van ontwikkelingen in de schuldhulpverlening, de financiële risico’s die we als GR gemeenten lopen en een onrechtmatige situatie die niet meer wenselijk is, maakt dat we tot dit voorgenomen besluit zijn gekomen. Dit staat los van de kwaliteit van de huidige dienstverlening, die goed wordt gewaardeerd. Met dit toekomstscenario denken wij de continuïteit en de kwaliteit van de dienstverlening goed te kunnen borgen.”
Overwegingen
- Ontwikkelingen in de schuldhulpverlening. Gemeenten hebben de afgelopen jaren ingezet op het zoveel mogelijk oplossen van de problemen in de eerstelijns schuldhulpverlening en in het voorliggend veld. Dit heeft tot gevolg dat het aantal schuldhulpvragen voor de GKB structureel is verminderd. Dit vraagt om een andere focus en inrichting van de schuldhulpverlening. Mede door deze beweging is ook de verbondenheid tussen de GR-gemeenten steeds minder geworden.
- Financiële risico’s. Het merendeel van de omzet van de GKB komt voort uit contracten met andere gemeenten. De GR opereert daarmee als marktpartij, en het ondernemersrisico ligt eenzijdig bij de drie eigenaar gemeenten. De financiële risico’s die dit met zich meebrengt vindt het DB niet meer acceptabel.
- Onrechtmatige situatie. Voor een stabiele toekomst blijft de GR GKB afhankelijk van contracten met een groot aantal DVO-gemeenten. Volgens de wettelijke aanbestedingsregels moet 80% van de werkzaamheden echter voor de drie GR gemeenten zijn. Dit levert een onrechtmatige situatie op, die niet meer houdbaar en wenselijk is.
Wat gebeurt er als voorgenomen besluit definitief wordt?
Wanneer het voorgenomen na het advies van de OR en de zienswijze van de gemeenteraden definitief worden, dan volgt een periode van ca. twee jaar. In die periode wordt op zorgvuldige wijze vorm gegeven aan het afbouwen van de GR GKB en het voorbereiden en realiseren van de aanbesteding. Daarbij zal de aandacht gericht zijn op drie dingen:
- Stabilisatie van de organisatie en ervoor zorgen dat de dienstverlening de komende twee jaar doorgaat.
- Het afbouwen van de Gemeenschappelijke Regeling, in nauw overleg met de directie, OR en vakbonden. Er wordt een overgangsplan en beëindigingsplan opgesteld, op basis waarvan de drie gemeenteraden uiteindelijk beslissen of de Gemeenschappelijke Regeling op een zorgvuldige manier beëindigd kan worden.
- Voorbereiden van de aanbesteding. Het streven is dat de aanbesteding per 1 januari 2024 afgerond zal zijn.
