Column

De geschiedenis van de ondergang van Bethesda (deel 1)

Woord vooraf

Toen ik in september 2012 een hoofdredactioneel commentaar in de Hoogeveensche Courant las, waarin mondige burgers werden opgeroepen op te staan tegen de dreigende ondergang van ziekenhuis Bethesda, had ik geen flauw idee van wat er aan de hand was in ziekenhuisland. We zijn nu zeven jaar verder en er is slechts één ding niet veranderd: Bethesda was en is nog steeds een voorbeeld voor de rest van het land. Maar daar houdt het ook mee op, want waarom Bethesda een voorbeeld is voor de rest van het land, daar lusten de honden geen brood van.

Door Frits Kappers

Professor Smalhout noemde Bethesda destijds in een videogesprek met mij “Het academisch ziekenhuis van Drenthe”, waar zeer bijzondere prestaties werden geleverd. Een voorbeeld voor de rest van het land om trots op te zijn.
De zorgverzekeraars noemen Treant nu een voorbeeld voor de rest van het land vanwege het (afbraak)beleid dat in Drenthe wordt gevoerd, met grote instemming van minister Bruno Bruins. Een voorbeeld om je de ogen voor uit de kop te schamen.

Het is goed om de geschiedenis van het verzet tegen de teloorgang van Bethesda op te tekenen. De helden verdienen (op hun eigen nadrukkelijke verzoek anoniem)  genoemd te worden, maar ook de schuldigen verdienen  een plaats in de geschiedenisboeken van Hoogeveen. In hun geval met naam en toenaam.


Het verzet begon met de houtskoolschets
In 2012 stuurde een anonieme medewerker van Bethesda een brandbrief naar de media. Tot op de dag van vandaag is niet bekend wie deze medewerker is. Of die medewerker nog in Bethesda werkt betwijfel ik. Kern van de boodschap was: Emmen gaat ons leegzuigen. Bethesda zal per 1 januari 2013 worden ontmanteld. Het beddenhuis zal verdwijnen, alle specialismen gaan naar Emmen en in Hoogeveen kun je alleen nog poliklinisch (in dagbehandeling) terecht.

Petitie
15.000 Hoogeveners ondertekenden een petitie waarin het gemeentebestuur werd opgeroepen om als frontsoldaten voor ons ziekenhuis te knokken en bij de aanbieding van de petitie aan burgemeester Loohuis ondertekende zelfs Kees Donkervoort (toenmalig voorzitter van de Raad van Bestuur) de petitie. Het zand in de ogen strooien nam daarmee een aanvang. De lokale afdeling van de SP richtte vervolgens een actiecomité op en nodigde mij uit er als partijloze activist zitting in te nemen.

Aan tafel bij de RvB
Het comité werd door Donkervoort uitgenodigd voor een gesprek. Daarin werd van onze kant duidelijk gemaakt, dat Hoogeveen de plannen niet zou slikken en dat ZLM (Zorggroep Leveste Middenveld, de voorganger van Treant) niet moest denken dat Hoogeveners massaal hun ziekenhuiszorg in Emmen zouden gaan halen. Letterlijk hebben wij toen gezegd: De wijzen kwamen uit het oosten en zij gingen naar het westen. Hoogeveen was en is niet georiënteerd op Emmen, maar op Zwolle en Assen. Een waarschuwing die wij vele malen hebben herhaald. (Het is derhalve te zot voor woorden dat de huidige bestuursvoorzitter Rolf de Folter zich bezorgd toont over het weglopen van patiënten in onze regio.)

Informanten
Spoedig kregen wij steun van twee belangrijke lokale deskundigen: Marnix Koppe (gepensioneerd gynaecoloog met een lange staat van dienst in Bethesda) en Klaas Reenders (gepensioneerd huisarts en voormalig lid van de Raad van Toezicht van Bethesda). De heren waren van onschatbare waarde omdat zij ons vertrouwd maakten met alle ins en outs van ziekenhuizen in het algemeen en Bethesda in het bijzonder. Door hun betrokkenheid beseften diverse medewerkers (in alle geledingen van de organisatie) dat het actiecomité te vertrouwen was en kregen wij ontzettend veel interne informatie.

De raad van bestuur was hier zo woedend over, dat lekken naar het actiecomité op staande voet ontslag betekende. De anonieme medewerkers, die ons veelvuldig en gedetailleerd informeerden, verdienen met naam en toenaam de status van Hoogeveense Held (met twee hoofdletters H) te krijgen, maar ze zullen het moeten doen met de wetenschap dat wij hun namen mee zullen nemen in ons graf of urn. Omdat zij ons steeds hebben bezworen: “Noem mijn naam niet!”

Notulen
Wij beschikken nog steeds over een dikke stapel notulen en besluitenlijsten van vergaderingen van de medische staf in Bethesda, die toen onder leiding stond van orthopeed  Herman de Boer. In die notulen valt de geschiedenis te lezen van de totstandkoming van het gefuseerde ziekenhuis, dat aanvankelijk werd aangeduid met Ziekenhuis Scheper-Bethesda.

KPMG rapport
In de aanloop naar de fusie tussen beide ziekenhuizen was aan KPMG (accountants- en adviesbureau) gevraagd een advies uit te brengen over de wijze waarop de ziekenhuiszorg in Drenthe toekomstbestendig zou kunnen/moeten worden gemaakt.
Het advies, opgesteld door Wouter Bos, kwam er op neer dat een nieuw te bouwen interventiecentrum de beste manier was om aan de stijgende volume-eisen voor complexe behandelingen te voldoen. Er werden drie locaties genoemd: Beilen, Holsloot en Hoogeveen. De ziekenhuizen in Emmen en Hoogeveen zouden dan worden veranderd in ziekenhuizen voor de niet complexe zorg.
Nadrukkelijk werd daarbij nog gesteld dat (financieel gezien) Hoogeveen de beste keuze was.

Uitruil van behandelingen
Donkervoort hield het actiecomité voor dat de steeds hoger wordende volume-eisen van de zorgverzekeraars de fusie tussen Bethesda en Scheper noodzakelijk maakten. Er zou dan lateralisatie plaats gaan vinden. Een mooi woord voor (eerlijke) uitruil van behandelingen. In Hoogeveen bestond binnen de medische staf grote twijfel over de vraag of de staf in Emmen wel bereid was om te komen tot een eerlijke uitruil van behandelingen.

In  de notulen van de plenaire stafvergadering op maandag  17 september 2012  staat op pagina 10 te lezen dat Marco Dam, toenmalig stafvoorzitter van de medische staf van Scheper, de medische staf in Hoogeveen toespreekt. Zijn betoog komt er op neer dat de oplossing alleen gevonden kan worden als “wij – natuurlijk niet gedwongen –  veel meer gaan samenwerken, want dan worden heel  veel problemen gemakkelijker. Daar bedoel ik niet mee dat alles naar Emmen gaat.”
De medische staf in Hoogeveen moest door deze woorden gerustgesteld worden, maar dat lukte beslist niet, zo blijkt uit de notulen van de plenaire stafvergadering van 3 december.
Daarin valt namelijk bij punt 7 te lezen dat voorzitter Herman de Boer bevestigt dat de presentatie van het KPMG rapport inderdaad voor een kentering heeft gezorgd bij de Emmenaren. De vanzelfsprekendheid dat alles naar Emmen zou gaan verdween met het KPMG advies.

De staf in Hoogeveen liet in reactie hierop weten dat de Raad van Bestuur en het Stafbestuur  een veel strakkere centrale regie moesten voeren bij de lateralisatie, aangezien het fusieproces fout begon te gaan toen Emmen het KPMG rapport afwees en de RvB dit rapport vervolgens “in de la” liet terecht komen, i.p.v. er achter te gaan staan.

De ware aard en de bedoeling van de medische staf in het Scheperziekenhuis werden duidelijk toen deze staf het (dure) KPMG rapport afwees omdat men alleen concentratie in Emmen aanvaardbaar vond. De Raad van Bestuur liet vervolgens de oren steeds meer naar Emmen hangen.

(wordt vervolgd)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Aankomende evenementen